Een ‘doe-maar-gewoon-dan-doe-je-al-gek-genoeg’-hond
De Border Terrier is toch écht een rashond, maar voor de gemiddelde leek op dat gebied ziet hij eruit als het prototype van een ‘vuilnisbakkie’. Dat komt waarschijnlijk omdat het zo’n heerlijk ‘doe-maar-gewoon-dan-doe-je-al-gek-genoeg’ hondje is, zowel in zijn uiterlijk als in karakter. De Border Terrier heeft geen opzichtige of opvallende kenmerken. Het ontbreekt hem aan iedere vorm van glamour en niets aan zijn uiterlijk is overdreven. Hij is gewoon puur natuur. Het meest in het oog springende is nog wel zijn guitige koppie, het zogenaamde ‘otterhoofd’ dat aandoenlijkheid paart aan een ernstige uitdrukking in die pientere oogjes.
In het Borderdistrict, het onherbergzame grensgebied tussen Engeland en Schotland, ligt de bakermat van de Border Terrier. De Border is een van de weinige rassen die al eeuwenlang vrijwel onveranderd bleven. Het feit dat dit ras al die tijd zijn oorspronkelijke uiterlijk behield is te danken aan het feit dat zijn werkgebied in het verleden vrijwel afgesneden was van de rest van het land. Daardoor vonden er geen kruisingen plaats met honden uit andere streken.
De voorouders van de Border Terrier zijn te vinden onder de plaatselijke terriertypen, dezelfde honden die waarschijnlijk ook aan de wieg van de Dandie Dinmont Terrier en de Bedlington Terrier stonden. De verschillen zijn geleidelijk ontstaan. Terwijl de Bedlington en Dandie Dinmont steeds meer voor showdoeleinden werden gefokt, bleef de Border Terrier de geharde werkhond die hij altijd was.
Moedig, maar niet overmoedig
De Border Terrier was zowel de hond van de boeren als van de adel. De boeren gebruikten hem om het erf vrij van ratten en muizen te houden en er zo af en toe eens mee te gaan jagen. Ook als kleine maar dappere bewaker van schapen en pluimvee tegen roofwild werd de jachtterrier ingezet.
De adel gebruikte de Border Terrier voor de jacht op vossen, dassen en otters. Die jacht ging meestal te paard, vergezeld van een meute Hounds. De Hounds dreven het wild bovengronds op, de Terriers dreven het wild uit hun holen. Met zijn relatief lange benen kon de Border Terrier de paarden bijhouden, terwijl zijn beperkte borstomvang hem in staat stelde makkelijk de holen binnen te dringen. Om het op te kunnen nemen tegen sterke en soms veel zwaardere tegenstanders moest de Border Terrier een moedige, en onverschrokken jager zijn en over een grote vasthoudendheid beschikken. Overmoed werd echter niet gewaardeerd. Liever zag men de honden wat voorzichtiger waardoor de kans op verwondingen aanmerkelijk kleiner was.
Bomvol goede eigenschappen, in een handzaam formaat
De Border is vrijwel altijd goed gehumeurd en vrolijk, en altijd wel te vinden voor een spelletje. Dat spelen is ook wel een vereiste want als het Bordertje zich gaat vervelen dan is het mogelijk dat hij besluit het huis enigszins te verbouwen. Houd hem dus voldoende bezig en geef hem genoeg middelen om op te kauwen, zodat het niet nodig is de stoelpoten om te hakken of de inhoud van de boekenkast te versnipperen. Datzelfde kan gebeuren als de hond dagelijks te lang alleen moet zijn.
Voor de kinderen kan de Border een prima speelkameraad zijn mits zij de hond in zijn waarde laten. Uiteraard dient er altijd volwassen toezicht met kennis van zaken aanwezig te zijn, maar dat geldt voor iedere hond van elk ras.
De Border is dus een actieveling maar ook weer niet overactief. Mits hij een goede uitlaatklep heeft voor zijn energie dan is het in huis een vrij rustige hond die net zo makkelijk op een appartement in de stad gehouden kan worden als op een boerderij of landgoed. Hij weet zijn rust wel te pakken en vind het ook heerlijk om bij tijd en wijle languit, lekker tegen de baas aan op de bank te hangen.