De Engelse koning Chales II hield heel erg van Toy Spaniels. Zijn verbondenheid met deze hondjes was kennelijk zelfs zo groot, dat ze tot op de dag van vandaag nog zijn naam dragen. Toch is helemaal niet vastgesteld dat de moderne King Charles Spaniel afstamt van de lijn die in de koninklijke kennels aan het hof van King Charles II werd gefokt…
- Herkomst: Verenigd Koninkrijk
- Levensverwachting: 9 tot 14 jaar
- Karakter: Onbevreesd, Aanhankelijk, Sociaal, Geduldig, Aanpasbaar, Speels
- Gewicht: Reu: 5,9 – 8,2 kg (Volwassen), teef: 5,9 – 8,2 kg (Volwassen)
- Kleuren: Black & Tan, Driekleurig, Blenheim, Ruby
- Lengte: Mannelijk: 30 – 33 cm (Volwassen), Vrouwelijk: 30 – 33 cm (Volwassen)
Uitgebreide rasstandaard onderaan de tekst
In het kort
De King Charles Spaniel is een rustig, vrolijk en vriendelijk hondje. Hij is erg aanhankelijk. Ten aanzien van vreemden kan hij wat terughoudend zijn. Hij past zich gemakkelijk aan de levensstijl van zijn baas en diens gezin aan. Hij neemt graag genoegen met wat minder lichaamsbeweging, al is het goed voor hem als hij regelmatig mee op pad mag. Er zijn King Charles Spaniels die op het agilityveld of bij G&G geen raar figuur slaan en super fanatiek hun rondjes lopen, ook op wedstrijdniveau. Als zijn baas sportief is, zal de King Charles Spaniel daar graag in meedoen. Hij is compact en vierkant van bouw, en hij heeft een korte snuit en een gewelfde schedel. Het ras komt voor in vier kleurslagen: black and tan (zwart met bruin), ruby (effen eenkleurig in diep kastanjerood), tricolor en Blenheim. De King Charles Spaniel kan bij hoge temperaturen moeilijk zijn warmte kwijt en het ras is bovendien gevoelig voor anesthesie.
Herkomst
Toy Spaniels komen al sinds de zestiende eeuw voor in Europa. Ze werden als koninklijk geschenk van reizen uit het verre Oosten meegebracht en vielen in de smaak bij de adellijke dames. Waarschijnlijk delen de Pekingees en de Japanse Spaniel hun voorouders met de King Charles Spaniel. Vanaf de tijd van koningin Mary Tudor (1516–1558), ook wel Bloody Mary genoemd, waren de kleine Spaniels geliefd aan het Engelse hof.
King Charles
Van King Charles II (1630–1685) is bekend dat hij eveneens gek was op de Toy Spaniels. Waarschijnlijk is het zo, dat zijn naam verbonden werd aan de King Charles Spaniel doordat hij het ras in zijn regeerperiode zo populair heeft gemaakt.
Na koning Charles hielden ook koning James II en koningin Anne Toy Spaniels aan het hof.
Pas in de tijd van koning Willem III en koningin Mary II kwam hierin verandering. Aan het Nederlandse hof was in die tijd de Mopshond populair. Toen Willem en Mary in 1688 naar Londen vertrokken om de troon te accepteren, namen zij een hondje van dit ras mee.
De komst van de Mops aan het Engelse hof zou uiteindelijk resulteren in aanmerkelijke veranderingen in de Engelse Toy Spaniel.
Mopshond
Aan het begin van de negentiende eeuw begon men met het kruisen van Toy Spaniels met de Mopshond. Dit om een kortere snuit te verkrijgen, wat dames in die tijd erg mooi vonden bij hun hondjes. Dat niet iedereen gecharmeerd was van de grote veranderingen in het uiterlijk mag blijken uit de weinig vleiende woorden van de Engelse dierenarts William Youatt in zijn studie The Dog in 1848 (deel uitmakend van ‘The Library of useful knowledge’): ‘The King Charles’s breed of the present day is materially altered for the worse. The muzzle is almost as short, and the forehead as ugly and prominent as the veriest bull-dog. The eye is increased to double its former size, and has an expression of stupidity with which the character of the dog too accurately corresponds.’ Ten faveure van het ras voegde hij daar overigens wel nog aan toe dat het ras aantrekkelijke lange oren had, alsmede een mooie vacht en kleur.
De eerste keer dat er melding wordt gemaakt van een Toy Spaniel in de kleur ruby (effen kastanjerood) is in 1875. Het betreft de reu Dandy van Mr Garwood. In 1882 werd de King Charles Club in Engeland opgericht.
In 1903 voegde de Engelse Kennel Club vier op dat moment aanwezige Toyrassen samen tot één ras, dat men Toy Spaniel wilde noemen. Het ging om de King Charles, de Blenheim, de Ruby en de Prince Charles Spaniel. Door interventie van koning Edward II werd de naam King Charles Spaniel gekozen. In 1904 erkende ook de Amerikaanse Kennelclub de vier variëteiten als één ras. Daar werd het ras de English Toy Spaniel genoemd. De oorspronkelijke rassen zijn nog herkenbaar aan de kleurslagen binnen het ras.
Functie
Natuurlijk is de King Charles Spaniel altijd een gezelschapshondje geweest. Maar daarnaast werd hij aanvankelijk wel degelijk ook als jachthond ingezet. Toy Spaniels werden oorspronkelijk gebruikt voor de jacht op de houtsnip. Aangezien ze niet de hele dag ingezet konden worden, en ook niet in moeilijk terrein, werden ze niet veelvuldig gebruikt bij de jacht.
De Sportsman’s Repository meldt hierover in 1845: ‘The very delicate and small, or ‘carpet spaniels’, have exquisite nose, and will hunt truly and pleasantly, but are neither fit for a long day or thorny covert.’
Van de hertog van Marlborough is bekend dat hij zijn hondjes gebruikte voor de jacht. Hij fokte deze roodwitte hondjes op zijn landgoed Blenheim Palace. Na verloop van tijd ging men deze honden de Blenheim Spaniels noemen.
Oude type
Rond 1920 probeerde de hertogin van Marlborough het oude type, zoals het eruit zag in de tijd van koning Charles II, terug te fokken op Blenheim. Haar pogingen hiertoe mislukten.
De Amerikaanse kunstliefhebber Roswell Eldridge loofde in 1926 in de Cruftscatalogus een prijs uit voor de mooiste reu en teef van het oude Blenheimtype uit de tijd van Charles II, zoals die op schilderijen van oude meesters uit de zeventiende eeuw was afgebeeld. Verschillende fokkers gingen zich hierop toeleggen en zo ontstond de Cavalier King Charles Spaniel, die in 1945 door de Engelse Kennel Club werd erkend (en pas in 1997 in de Verenigde Staten). Tegenwoordig is de Cavalier King Charles Spaniel bekender dan de King Charles Spaniel.
Verschillen
Niet iedereen weet dat de King Charles Spaniel en de Cavalier King Charles Spaniel verschillende rassen zijn. Als je googelt op King Charles Spaniel betreffen de meeste hits zelfs het andere ras. Dat kan erg verwarrend zijn.
Allereerst staan de oren van de Cavalier hoog aangezet en heeft hij een platte schedel, terwijl die van de King Charles gewelfd is. Verder is de neusrug van de King Charles Spaniel beduidend korter dan die van de Cavalier. De King Charles Spaniel is dan ook een ondervoorbijter, terwijl de Cavalier een schaargebit hoort te hebben. Een ander verschil tussen de twee rassen is hun afmeting. De King Charles Spaniel weegt volgens de standaard tussen 3,6 en 6,4 kg. De Cavalier heeft een gemiddeld gewicht van 5,9 tot 8,2 kg.
Overigens is een kleine kanttekening hier op zijn plaats. Het in de rasstandaard genoemde gewicht is niet realistisch; er zijn maar heel weinig volwassen honden onder de 6,3 kg; dit gewicht stamt uit de negentiende eeuw en is nooit aangepast; de honden hebben sindsdien veel meer bone en body gekregen en zijn dus automatisch zwaarder geworden; het merendeel weegt tussen de 7 en 8 kg en er zijn er genoeg die daar boven uit komen.
Karakter
De King Charles Spaniel staat bekend als een van de minst luidruchtige gezelschapshonden. Hij is rustig en doorgaans stil, al kan hij bezoek wel eens aankondigen.
Hij is graag in het gezelschap van zijn baas en vindt het erg onprettig om alleen te zijn.
Met wat oudere kinderen kan hij het doorgaans prima vinden. Met kleinere kinderen is dat iets minder vanzelfsprekend, daar hij het erg onprettig vindt om ruw behandeld te worden.
Met andere dieren kan de King Charles prima leren samenleven, mits hij hiermee goed gesocialiseerd wordt. Met kleine huisdieren als knaagdieren is hij niet altijd te vertrouwen. Dan kan zijn jacht-instinct toch boven komen. Ook vindt hij het leuk om vogels en vlinders op te jagen.
De King Charles Spaniel is erg sociaal in de omgang en is ook met andere honden geen ruziezoeker.
Opvoeding
De King Charles Spaniel is een intelligente hond die snel leert. De opvoeding hoeft dus geen enkel probleem te zijn, mits u hem consequent de regels bijbrengt. Hij is gevoelig voor een vriendelijk woord of een beloning in de vorm van iets lekkers.
Het snelle leren is niet altijd een voordeel voor zijn baas. Als hij een keer slecht eet en u helpt hem een handje door hem de brokjes één voor één uit de hand aan hem te geven, zal hij concluderen dat dit een veel gezelligere manier van eten is. De kans is groot dat u hem voortaan altijd zult moeten voeren, omdat hij het vertikt nog uit zijn bak te eten.
Als u hem een keer in uw bed laat slapen, dan heeft u voortaan iedere nacht een bedgenoot.
Houd er dan wel rekening mee dat hij behoorlijk kan snurken…
Het is belangrijk om veel aandacht te besteden aan de socialisatie. De in de standaard genoemde terughoudendheid is er echter voor een groot deel wel uitgefokt. Het komt nog wel voor, maar niet meer zo veel. Voor deze categorie is de socialisatie nog belangrijker dan voor de overige hondjes. Deze hondjes hebben de neiging wat timide te zijn en als zij niet leren om te gaan met verschillende situaties en mensen die zij niet kennen kan deze timiditeit makkelijk omslaan in angstig gedrag.
Veel King Charles Spaniels zijn tegenwoordig van nature al vrijer en enthousiast naar andere mensen. Gelukkig doet dit niets af aan de speciale band met hun eigenaar.
Gezondheid
Het grootste probleem binnen het ras is de erfelijke hartklepafwijking MVD (Mitralis Valve Disease). Daarnaast vormt de neurologische afwijking SM (Syringo Myelie, waarbij het ruggenmerg wordt aangetast) een gevaar voor het ras, hoewel de impact daarvan nog moeilijk in te schatten is. Het is jammer dat er hierop internationaal nog maar weinig wordt gescand.
Oogaandoeningen als cataract, distichiasis en entropion komen voor. Ook komt soms patella luxatie voor, een aandoening van de knie die we bij veel kleine honden zien.
Wat verder wel voorkomt binnen het ras is een ‘protruding tongue’ (ook wel ‘hanging tongue syndrome’ genoemd), een tong die voortdurend naar buiten hangt, een probleem dat we vaker zien bij brachycephale (kortschedelige) rassen.
Het komt bij de King Charles vrij vaak voor dat tenen met elkaar vergroeid zijn. Dit is zelfs altijd een raskenmerk geweest, al is dit er in de interimstandaard (naar aanleiding van BBC-documentaire Pedigree dogs exposed uit 2008) door de Engelse Kennelclub uitgehaald. De Nederlandse rasvereniging stelt testen op ogen en patella luxatie, een hartecho (dopplertechniek) en een MRI-scan verplicht voor alle fokdieren.
Monorchisme
Monorchisme en cryptorchisme komen voor binnen de populatie (het ontbreken van een of beide testikels). Cryptorchide reuen zijn normaal gesproken onvruchtbaar, maar monorchide reuen niet. Toch mag er met deze honden niet gefokt worden. Het veelvuldig voorkomen van cryptorchisme is verklaarbaar. Bij de heropbouw van het ras na de Tweede Wereldoorlog heeft men (noodgedwongen) gebruikgemaakt van slechts een klein aantal reuen. Drie van de beschikbare reuen waren monorchide. Een van deze honden, de tricolor reu Michael of Lavenderway, heeft een zware stempel op het ras gedrukt. Er is hele sterke lijnteelt op hem toegepast. Mede door hem is het probleem van monorchisme en cryptorchisme stevig verankerd in het ras.
Knikstaarten
De grote hoeveelheid afwijkende staarten binnen het ras is opvallend. Oorspronkelijk werden de staarten altijd gecoupeerd. Er is dus nooit gelet op de vorm van de staart. Knik-, haak- en kortstaarten vormen een meerderheid in de nesten. Een mogelijke verklaring voor het veelvuldig voorkomen
van afwijkende staarten is dat er vroeger werd gedacht dat de combinatie van vergroeide tenen en een knikstaart de mooiste hoofden opleverde. Er werd dus bewust gezocht naar deze combinatie, waardoor deze kenmerken zich diep in het ras konden nestelen.
Rasstandaard
Land van herkomst: Groot-Brittannië.
FCI-NR: 128.
FCI-Rasgroep: 9, Gezelschapshonden, sectie 7: Engelse Toy Spaniels.
Algemene verschijning: edel, kort en gedrongen.
Gedrag/karakter: vrolijke, intelligente, kleine Spaniel met een waardig gewelfd hoofd. Terughoudend tegenover vreemden, zacht en aanhankelijk.
Hoofd: Schedel: groot in vergelijking tot zijn formaat, goed gewelfd, staat over de ogen. Stop: tussen schedel en neusrug goed aangeduid. Neus: zwart, met grote, wijd open neusgaten, heel kort en opwaarts gebogen naar de schedel toe. Voorsnuit: vierkant, breed en diep, goed gebogen. Lippen: sluiten precies aan en vervolmaken het geheel. Wangen: moeten niet onder de ogen invallen, maar goed opge- vuld zijn. Kaken: onderkaak breed.
Gebit: matig ondervoorbijtend. Een naar buiten hangende tong is hoogst ongewenst.
Ogen: zeer groot en donker. Wijd uit elkaar geplaatst. Oogleden vierkant op de gelaatslijn, wat een aangename uitdrukking geeft.
Oren: laag aangezet. Moeten geheel vlak langs de wangen hangen. Zeer lang en goed bevederd.
Hals: middelmatig lang. Een gebogen halslijn geeft een trotse houding aan het hoofd.
Lichaam: Rug: kort en vlak. Borst: breed en diep.
Staart: goed bevederd. Wordt niet boven de ruglijn gedragen. Volledig in balans met de rest van de hond.
Voorhand: benen kort, recht. Schouders: goed schuin liggend. Ellebogen: dicht tegen de borstkas, niet naar binnen of naar buiten draaiend. Voormiddenvoet: krachtig.
Achterhand: voldoende spierontwikkeling om een goed stuwend gangwerk te bewerkstelligen. Kniegewricht: goed gebogen. Spronggewrichten: goed laag geplaatst en duidelijk.Sprongen: van achteren gezien recht; naar binnen noch naar buiten draaiend.
Voeten: kort met goede, dikke voetzolen en bevedering. Ronde kattenvoeten. Goed gebogen tenen. Soms zijn de grote voetzoolbal en de nagels met elkaar vergroeid.
Gang/beweging: vrij, beweeglijk en sierlijk; met stuwkracht vanuit de achterhand. Een correct gangwerk is hoogst gewenst.
Vacht: lang, zijdeachtig en recht haar. Een lichte golf is geoorloofd, maar geen krul. Benen, oren en staart overvloedig bevederd.
Kleur: Black and tan: diep glanzend zwart, met heldere mahoniekleurige aftekeningen op snuit, benen, borst, boven de ogen, binnenkant van de oren en onder de staart. Witte vlek op borst ongewenst.
Driekleurig: op een parelwitte ondergrond goed verdeelde zwarte platen, met heldere mahoniekleurige aftekeningen op de wangen, boven de ogen, aan de binnenkant van de oren en onder de staart. Brede, witte bles tussen de ogen en op het voorhoofd.
Blenheim: op een parelwitte ondergrond goed verdeelde kastanjerode platen. Een brede witte bles met een spot op het midden van de schedel ter grootte van een Engelse penny.
Ruby: effen, diep kastanjerood. Witte vlek op de borst hoogst ongewenst.
Gewicht: 3,6 – 6,3 kg.
Fouten: elke afwijking van de voorgaande punten moet als een fout worden beschouwd en de beoordeling van de ernst van de fout moet in de juiste verhouding staan tot de mate waarin de fout zich voordoet en het effect ervan op de gezondheid en het welzijn van de hond.
Elke hond die duidelijk lichamelijke of gedragsmatige afwijkingen vertoont, moet worden gediskwalificeerd.
Opmerking: de reuen moeten twee normaal ontwikkelde, volledig in het scrotum ingedaalde testikels hebben.
VERZORGINGSTIPS VAN DE ABHB TRIMSALONS:
De sluike vachtstructuur van deze kleine Spaniel heeft relatief weinig onderhoud nodig. De rijkbehaarde oorschelpen verdienen wel duidelijk aandacht, evenals de bevedering aan de benen en ook de vlag aan de staart natuurlijk. Deze aandacht bestaat uit kammen met een vrij grove kam. Door de beharing op te tillen en van onder de hand in laagjes naar je toe door te kammen zal klitvorming voorkomen worden. Het gebied juist onder de gehoorgang moet ook op deze wijze worden behandeld. Net als bij zijn grote broer, de Cavalier, worden de plukken tussen de tenen gewaardeerd op de tentoonstellingen. Maar als de hond het huisgenoot zijn tot zijn taak heeft, mogen deze moddervangers gerust met een schaar worden ingekort. Meteen kan dan ook onder het voetje worden gecontroleerd, want tussen de voetkussens wil het haar nog wel eens gaan klitten en dat maakt het lopen pijnlijk. Zorgvuldig wegknippen geeft dan verlichting. De lichaamsbeharing van een (ongecastreerde/ongesteriliseerde) King Charles heeft vrijwel geen verzorging nodig. Vooral niet teveel borstelen, want dat bevordert alleen maar de neiging tot verharen. Wanneer het dier wel onvruchtbaar is gemaakt, zal de vacht dof en pluizig zijn geworden en moet er aan geplukt en gemodelleerd worden. U kunt dit zelf proberen, maar ook overlaten aan de kundige handen van een gediplomeerd hondentrimmer. Zij zullen graag advies geven en u bijstaan waar mogelijk. Bij de vakvereniging ABHB zijn ruim 900 gediplomeerde trimmers aangesloten, en er is er altijd een bij u in de buurt. U vindt de adressen op de website: www.abhb.nl
Informatie
De King Charles Spaniel heeft geen eigen rasvereniging. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de Pekingees- en Dwergspanielclub, secr.: mevr.
M. Ottens, Klaroen 14, 7833 GR Nieuw-Amsterdam, telefoon: 0591-555035, e-mail: secretaris@pekingees-en-dwergspanielclub.nl. Website: www.pekingees-en-dwergspanielclub.nl
Tekst: Natasja van Hout, foto’s: Alice van Kempen